DEINENDE VERTES Duivels en hemels Wind en getij De zee in de verte is al bijna verdwenen En jij Deint als door wind gestreelde algenstromen Zachtjes op dromen in een golvende sprei Duivels en hemels Wind en getij De zee in de verte is al bijna verdwenen Maar in je half geloken ogen Bleven kleine golven staan Duivels en hemels Wind en getij Twee kleine golven om in onder te gaan. Jacques Prévert Uit: We hebben elkaar lief (Bert Bakker, 2000)
Eb, vloed, dood tij, woeste storm, kabbelend water, opkomende mist en altijd die geur – de zee. Langs de branding wandelend betreed je een wereld waarin het tijdloze de agenda lijkt te bepalen: hoelang je er ook wandelt, waarheen je gedachten ook gaan, of in zichzelf verdwijnen, de zee blijft waar ze is, hoe ze is: altijd aanwezig, altijd dezelfde, altijd veranderend.
Deinende vertes
Zo geeft de zee je de ruimte ervan te maken wat je wilt, de zee in een gedicht is multi-interpretabel. Deze vertaling van Prévert van mijn hand voor Flessenpost overschrijvende (overschrijven is een bijzondere manier van lezen, probeer maar eens) bracht de liefdes-metaforiek weer naar voren, waar ik het gedicht aanvankelijk uitgekozen had naar aanleiding van de recente dood van een aantal surfers bij Scheveningen.
Ook surfers bezien de zee iedere dag weer op hun eigen wijze, ook voor hen is de zee iedere dag anders, iedere dag dezelfde. Ook zij kennen liefde, liefde voor de zee; ze willen in die liefde opgaan – altijd aanwezig, altijd dezelfde, altijd veranderend. Altijd.
Ruben van Gogh
De mailbutton werkte tijdelijk niet meer – is hersteld.